woensdag 17 oktober 2012

Berm


Kuifaalscholver  Juveniel  Eemshaven

Nu de herfst zich weer van zijn beste kant laat zien, met een verkeerde wind weliswaar, zijn de bermen van de smalle polder wegen de uitgelezen plek om je auto van kleur te laten veranderen. Met enige regelmaat hoor ik van mijn vrouw dat ik de auto wel even met een sopje af mag nemen maar tegen de klei van de Dollardpolders er is geen sop op gewassen. Bij elk bezoek aan de polders glijden de bandjes als een mes door de natte bermen om vervolgens weer terug te glibberen naar het, vaak net zo glibberige, wegdek. In deze tijd van het jaar moet elke bestuurder, bij het passeren van een tegenligger, het gas dus even loslaten . Over het algemeen gaat dat alles goed maar soms lijkt het er op dat wanneer de tegemoet komende auto groter is dan mijn Polo de bereidheid om aan de kant te gaan af neemt. Gek genoeg zijn het vaak de knakkers die in een PC hoofdstraat trekker door de polder rijden totaal geen zin hebben om ook maar een centimeter aan de kant te gaan. Van deze bakken zou je juist verwachten dat ze even lekker door de klei zouden willen baggeren maar niets is minder waar, de heilige koe word er vies van en dat mag blijkbaar niet, sukkels. Dit alles brengt mijn naar een natte herfstdag van een paar jaar geleden. Het was oktober en zoals gebruikelijk maakte ik die dag een rondje door de polders. In de Carel Coenraadpolder doemde aan de horizon een auto op die met een aardige snelheid mijn kant op kwam. In een mum van tijd stond de auto voor mijn neus en in tegenstelling tot mijn Polo had de bestuurder van de Audi A6 de gang er nog aardig in. Nu lijkt het er wel eens op dat er in de polders geen wetten gelden maar een wet is er ten alle tijden van kracht, jij niet aan de kant! dan ik ook niet. Met een tikje aan het stuur werd de Polo op het laatste moment de berm in gestuurd en dat was iets wat de bestuurder van de Audi niet lukte. Omdat de berm nat, en dus glad, was verdween de Audi met een nette snoekduik op de naastgelegen sompe natte akker. Met een eigen schuld dikke bult gevoel ging ik toch maar even kijken hoe het er met de tegenstander voorstond, je weet immers maar nooit. Een keer bij de auto aangekomen kwamen drie heren in net pak en een stropdas om over de, over hun lakschoenen knijpende, klei maar de kant van de weg gelopen, of iets wat daar op lijken moest. Je zou haast zeggen dat je het dit soort mannen gunt om kennis te maken met de Groninger klei maar ach u kent mij, dat doe ik niet. De bestuurder probeerde in het bijna onverstaanbaar hoog Hollands, die voorzien was van een dikke R, mij de schuld van het hele voorval in de schoenen te schuiven maar daar stapte hij na wat uitleg van de wet van de polder snel weer vanaf. En wat nu? doe hest een trekker neudeg mienjong, most mor eefkes bie dai boer doar vroagen ! Behulpzaam als ik ben wees ik naar een boerderij die slechts op een 400 meter van ons verwijderd was en merkte nog op dat het te voet best te doen was. Na wat discussie of  het nu een trekker of een tractor moest worden die ze nodig hadden nam ik met een beste mor weer manlu afscheid van de beteuterd kijkende stropdassen. Het moraal van dit verhaal mag u nu wel duidelijk zijn, herfst in de polder, gas terug. Na het lekkere weekend op Rottumerplaat van vorige week leek het er op dat ik het afgelopen weekend in een after party beland was want na het zien van een Zeearend, een Roodhalsgans, 3 Pontische meeuwen, een Beflijster, een Dwerggans en een Kuifaalscholver (de laatste twee waren nieuw voor de jaarlijst Gr) mag je wel van een klein feestje spreken, en voor de Facebook liefhebbers, het is weer niet bij mij thuis deze keer.



Ransuil  Wegbermen, ze blijven gevaarlijk.

donderdag 11 oktober 2012

De Jantjes, Rottumerplaat part 5


Ik heb het de laatste tijd druk gehad, zo druk dat het blog wat in het slob geraakt is. Om de drukte even te ontvluchten werd het wel weer tijd om de hemel van Groningen weer met een bezoekje te vereren. De weergoden bleken vrijdagmorgen niet aan onze zijde te staan want de regen kwam tijdens de overtocht met bakken uit de hemel, niet echt het weer waar je om zit te springen als je met een open Zodiacje over de Waddenzee gaat varen. Nadat de tijdelijke bewoners van Rottumeroog gedropt waren op het strand van het eiland, werd over een redelijk rustige Noordzee koers gezet naar Plaat. Of we het nu leuk vonden of niet, we moesten met ons goed gedrag, en Rottumerplaat in zicht, de Ms Harder verlaten om de laatste 400 meter tot aan het strand van Plaat met de Zodiac te overbruggen. Als een stel verzopen katten zetten we bepakt en bezakt voet op Plaat, of zoals we in Oldambt dan zouden zeggen, ik heb het er tot aan de zak deur. De regen hield de hele morgen aan, er was dus genoeg tijd om de natte prut te laten drogen en om het eiland vanuit de uitkijktoren, waar je wel lekker droog in kunt staan, te verkennen. Naast de regen begon de wind in de loop van de morgen ook nog eens aan te trekken naar een zuidwest 8, het was een gure bedoening op de eiland en het wachten was op betere tijden. Ondanks het weer leken de vogels er wel zin in te hebben. Met name de Jannen (Jan van Genten) vlogen lekker en binnen een paar uur stond de teller al op ruim 200 vogels, en dat is veel als je bedenkt dat we normaal gesproken na een bezoek aan Plaat met een paar handen vol van deze geweldige vogels thuis komt. Na regen komt natuurlijk altijd zonneschijn en in de middag klaarde het op en eindelijk konden we beginnen met iets waar we voor kwamen, de wadvogel telling. Zaterdag begon net als vrijdag met regen. Ons plan om vroeg in de ochtend naar de westpunt te lopen viel wederom in het water en na uren koffieleuten en over zee turen vanuit de toren werd het om 11 uur eindelijk droog. Met het stoppen van de regen kwam het hele eiland tot leven. Alle vogels in de bosjes  rond het huis werden actief en al gauw bleken er meerdere Beflijsters, honderd Koperwieken en vele tientallen Zanglijsters in de nacht op het eiland geland te zijn om de regen daar af te wachten. Ook 2 Bladkoningen lieten zich erg fraai zien en horen en begonnen de Keepen en piepers actief te worden.          


Bladkoning
Het werd tijd om de handel bij elkaar te pakken en koers te zetten naar de westpunt van het eiland om over zee te kijken. De wind was zaterdag west-noord west en dat kan in oktober leuke zeebeesten opleveren. De tocht van oost naar west voert langs bosjes, duinen en kwelders en de ondergrond is nagenoeg geheel begroeid of drassig wat het lopen bemoeilijkt. De vele bosjes leverden deze keer niet de gewenste leuke zangertjes op maar na het zien van een Vuurgoudhaantje, 4 Bokjes en een Grote pieper hoort u mij niet klagen. Een keer aangekomen bij de west, en kijkend over zee, waren het weer de Jannen die de boventoon voerden. In grote groepen kwamen de vogels langs het eiland gevlogen en nadat mijn tellertje 4 uur had staan ratelen stond er 570 in het schermpje, dit is niet alleen voor mij een nieuw dagrecord maar ook voor Plaat is dit aantal een nieuw record. Ik vraag me dan altijd af wat er op het tellertje had gestaan als je de hele dag op de west had gezeten? Naast de vele Jannen was de Noordzee die dag nog goed voor een Noordse en een Grauwe pijlstormvogel , meerdere Noordse stormvogels, een Vorkstaartmeeuw, een Roodkeelpieper over de telpost, een matig aantal Roodkeelduikers en de nodige Jagers. Dat smaakt altijd naar meer en wanneer de wind op zondag er nog een schepje bij op doet en naar NW draait en de zee in een grote golfslagbad veranderd dan krijg je ook meer, uhh Jannen dus. Ook nu vlogen in een paar uurtjes weer 316 Jampie's langs het eiland en hiermee kwam het totaal op een duizelingwekkend aantal van 1096 ex te staan, bizar veel voor Plaat. Ook een van de twee Bladkoningen was zondag nog aanwezig in de tuin van de woning, waar wederom weer een Grote pieper overvloog, en konden Vorkstaartmeeuw nr 2, 3 en 4 aan de lijst worden toegevoegd. U leest het al wel weer, het was weer een dolle boel in de hemel waar de soorten teller dit weekend op niet minder dan 106 bleef staan en bijna mijn oude Plaat record deed sneuvelen. En om toch maar even in het record sfeertje te blijven hangen, ja mensen het regende er bijna van, na dit bezoek aan Rottumerplaat begin ik aardig in de beurt te komen van het enige echte jaarlijst record (Boven en Jonker 2008) voor Groningen waar ik nu nog maar een paar vingers vanaf zit, we houden u op de hoogte. 


Een ongewoon welkom in de Eemshaven.
En dan komt er aan het einde natuurlijk nog een lijst van waargenomen soorten die het vermelden waard zijn, u hebt er niks aan maar het geeft wel weer een indruk waarom Plaat de hemel van Groningen is. Het is haast niet te doen in een ademteug maar vooruit daar komtie 4 Vorkstaartmeeuwen, 2 Grauwe pijlstormvogels, 2 Noordse pijlstormvogel, 2 Grote piepers, 2 Bladkoningen, 9 Noordse stormvogels, 1 Witbuikrotgans, 2 Alken, 2 Velduilen, 1 Roodkeelpieper, 4 Bokjes, 12 Beflijsters, 1 Rosse franjepoot, 3 Smellekens, 9 Grote jagers, 8 Kleine jagers, 2 Middelste jagers en last but not least 21 Roodkeelduikers. Als je met een lijst als deze bij terugkomst in de Eemshaven nog een, voor Groningse begrippen, erg ongewoon maar zeer vermakelijk ontvangst krijgt dan hebben we weer een weekend gehad waar we weer een tijd op kunnen teren.    

maandag 8 oktober 2012

Facebook


Aalscholver  

Groningen likt zijn wonden nadat een nietsontziende massa gekken, achterlijken en rand debielen een poging heeft gedaan om een van onze dorpen tegen de vlakte te werken. Vroeger hadden we voor de sloop van een dorp nog een inspraakavond voor bewoners maar dat slaan we tegenwoordig helemaal over. Nog nooit was het, dankzij dat geweldige Facebook, zo gemakkelijk om een kudde Vikingen op de been te krijgen voor een ouderwetse plundertocht in de lage landen en de jeugd lijkt er van te smullen. Een site, een moment van onoplettendheid en een dorp die in puin ligt, lang leve die sociaal  media. Nu kan ik mij vergissen maar volgens mij is er maanden geleden al iemand geweest die op Facebook, of andere bagger site, vermeld heeft dat er in de Breebaart een feestje was. Ik ben jaren lang gewend geweest aan een lege schuilhut in de Breebaart polder maar de laatste maanden moet zelfs ik een nummertje trekken om naar binnen te mogen. Met lede ogen moet ik aanzien dat er vrumd volk op "mijn" plekje zitten en dat ik ergens achter in het, inmiddels veel te kleine hokje, mij in alle bochten moet wringen om ook maar een vogeltje in beeld te krijgen. Regelmatig staat de hele parkeerplaats bij de hut bommetje vol met auto's en dan laat ik de polo maar gewoon lekker door rollen naar het volgende adres, het zal u niet verbazen dat ik u niet aan de neus ga hangen waar dat is. De drukte in de polder neemt bij tijden Lauwersmeer achtige vormen aan en de tijd dat je eenzaam en alleen uren in de hut kon zitten lijkt ver achter ons te liggen. Waar is het feestje!! nou daar is een feestje, blijkbaar. Ook de Zeehonden schutting op de dijk, die nu inmiddels (gelukkig zou ik bijna zeggen, maar dat doe ik niet) alweer in de winterstalling staat, is ook een ware hotspot geworden en deze "voorziening" , die op een verlengstuk van dat Zeehonden circus in Pieterburen begint te lijken, trok de laatste maanden complete volksstammen aan. Het wachten is op ander weer, van dat weer waarop de meeste mensen denken, nu maar even geen bezoek aan de Breebaart want dan kan ik misschien weer eens een keer in alle rust op "mijn" plekje plaats nemen.           


                         Roze spreeuw  Juveniel  Eemshaven

Het klink misschien wat down allemaal maar soms is "mijn" Breebaart niet meer de oude Breebaart polder waar ik al 25 jaar kom, de massa heeft het gebied ontdekt en de lol is er, waneer je er weer eens over de koppen kunt lopen, soms behoorlijk af.
En dan is er nog de jaarlijst Groningen. Nu de meeste zomergasten het land alweer verlaten hebben, of daar mee bezig zijn, is de dikke meuk aan soorten al wel weer aan de lijst toegevoegd. Traditie getrouw staan de herfstmaanden in het teken van het nog bij elkaar harken van de leukere najaarssoorten en is het nu nog wachten op een lekkere najaarsstorm voor de nodige zeesoorten. De teller voor dit jaar in Groningen staat nu op 250 soorten met als laatste aanwinsten een Roze spreeuw, een Grauwe franjepoot, een Kleinste jager en een Bladkoning, niet bepaald de minste soorten dus. Wel iets minder van kaliber maar altijd leuk waren de roepende Kwartelkoning over ons huis, de tweede Roodpootvalk voor dit jaar nabij Smeerling, 286 (nieuw record??) Lepelaars in de Breebaart polder en 2 hele grote roofvogels die een jong een gans aan het opvoeren waren ergens in het Oldambt, maar daar later vast nog meer over.